Voor zijn nieuwe voorstelling TAND DES TIJDS, inspireert schrijver en theatermaker Tim Natens zich op de figuur van Gerard Soete. Soete was een Belgische politiecommissaris die in 1961 de opdracht kreeg het lichaam van de geëxecuteerde Congolese premier Patrice Lumumba te laten verdwijnen.
Bij de uitvoering daarvan confisqueerde hij enkele snijtanden van Lumumba, die hij vervolgens bijhield als privébezit—mogelijk als morbide souvenirs.
De brutale moord op Lumumba, de eerste democratisch verkozen premier van een onafhankelijk Congo, heeft een onmiskenbare impact gehad op de ontwikkeling van het land. Vele Afrikaanse landen stonden toen net op het punt om hun onafhankelijkheid te herwinnen en vorm te geven aan een eigen jonge natiestaat, wat de moord tot een sinistere en symbolische daad maakte.
Noam Chomsky noemt de moord op Lumumba door de Belgische staat in dat licht een van de ergste misdaden van de 20e eeuw. In hoeverre was Gerard Soete betrokken bij deze moord, en welke vragen over de relatie tussen kolonisator en gekoloniseerde krijgen door zijn bezit van Lumumba’s enige stoffelijke overschot een materiële dimensie?
In TAND DES TIJDS neemt de maker een donker stuk geschiedenis onder de loep en raakt hij een uiterst gevoelig onderwerp aan dat voortleeft in het heden. De vroegere verhoudingen tussen België en Congo—tussen voormalig onderdrukker en onderdrukte—zijn immers springlevend in de actuele maatschappelijke debatten rond dekolonisatie en racisme. Natens’ voorstelling speelt behendig in op deze discussies en schetst Soete’s problematische bezit van een bizarre en lugubere relikwie als een persoonlijke manifestatie van een collectief trauma.